Kerstmis C  -  'Een Kind ons geboren'  (24/12/2021)

Welkom  (Odette)

Van harte welkom aan allen die samen met ons kerst vieren op dit bijna nachtelijk uur.
Kerstmis, een kind ons geboren.

Gedurende de vier adventsweken, dolend in het donker hebben wij een plek gezocht waar God kan wonen,
langs de gerechtigheid de weg naar vrede zoekend en opkomend voor de ander vanuit onze vreugde,
als het ware Gods droom leven.

De vier huisjes staan open …
een plek waar mensen kunnen schuilen, een plek waar een kind kan geboren worden.
Zelf is Jezus geboren op een verlaten plek omdat er geen plaats was, midden in een open veld met de warmte van dieren, hoezeer herkennen wij  in dit beeld, de mensen op de vlucht, daklozen …

Moge Gods liefde waar worden in deze gemeenschap om aan mensen een veilige plek te bieden.
Immers een kind is ons geboren.

Vragen wij de zegen van God over dit samenzijn, elk op zijn plek,
op deze kerstavond in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest.

Openingsgebed

Alleen in de nacht zelf wordt het verlangen gewekt.
Alleen in het duister kennen wij de waarde van het licht.
Ontsteken wij voor elkaar in deze nacht uw licht:
als een vlam van hoop
als een stem tegen het donker
als een gebed van vrede.
Een licht voor wie in onze eigen stad huis en haard zijn kwijtgeraakt,
voor wie bed en brood niet vanzelfsprekend zijn.
Een licht voor wie enkel kunnen omzien in verdriet om wat verloren ging,
om huis en haard die ze moesten ontvluchten.

Een licht voor wie gescheiden zijn door haat
maar samen wonen onder het gesternte van liefde,
een licht dat blijft branden.

Goede God, bron van leven. Wees hier aanwezig.                         

Lezing uit Jesaja

Nog in de moederschoot werd hij geroepen.
De geest van God zal rusten op hem:
om aan de armen goed nieuws te brengen
om aan gevangenen bevrijding te melden
aan de blinden de weg naar het licht
om te troosten wier hart is gebroken.
Hij zal niet doven de kwijnende vlam, en het gekrookte riet niet breken.
Hij zal een schutting zijn tegen de wind, schuilplaats tegen de regen.

Inleiding op het Klein Kerstoratorium

Ooit, eeuwen geleden strompelde een volk achter een vuurkolom aan op weg naar vrijheid. Het volk dat in duisternis loopt, ziet een groot licht, dichtte Jesaja. In het centrum van deze nacht staat het verhaal van de geboorte van Jezus en van mensen die opnieuw in de nacht op zoek gingen naar het licht. Het verhaal wordt verteld als iets dat ooit in de tijd plaats had, maar bedoeld als verhaal voor ons hier en nu. Opdat in het zingen, het horen en antwoorden een licht zichtbaar wordt en de geboorte in onszelf zou gebeuren.

Luisteren wij nu naar het gezongen verhaal ...

Klein Kerstoratorium  (Huub Oosterhuis / Antoine Oomen)

In die dagen werd een bevel uitgevaardigd door keizer Augustus dat er een volkstelling moest worden gehouden over heel de wereld. Deze volkstelling vond plaats voordat Quirinus landvoogd van Syrië was. Allen gingen op reis om zich te melden, ieder in zijn eigen stad. Ook Jozef ging op weg en omdat hij uit het huis en geslacht van David was, trok hij vanuit Nazareth in Galilea naar Judea toe, naar Bethlehem, de stad van David, om zich daar te melden, samen met Maria zijn vrouw, die zwanger was. En terwijl zij in Bethlehem verbleven, brak het uur aan dat zij bevallen moest. Zij bracht een zoon ter wereld, haar eerstgeborene, wikkelde hem in
doeken en legde hem neer in een kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg. Nu waren er herders in de buurt; die nacht, in het open veld, hielden zij de wacht bij hun kudde. Plotseling stond voor hun ogen een engel des Heren, en de glorie des Heren omstraalde hen; zij werden zeer bevreesd. Maar de engel sprak tot hen: “Wees niet bevreesd, want ik verkondig u een grote vreugde die voor heel het volk bestemd is. Heden is u in de stad van David een redder geboren, de Heer, de Messias. En dit zal u een teken zijn: gij zult een pasgeboren kindje vinden, het is in doeken gewikkeld, het ligt in een kribbe. Plotseling was de engel omringd door een schare van hemelse machten. Zij verheerlijkten God en zij riepen: “Ere zij God in den hoge en vrede op aarde voor alle mensen van goede wil!” En het geschiedde, toen de engelen van hen waren weggevaren naar de hemel dat de herders zeiden tot elkaar: Laat ons gaan zien het woord dat daar geschiedde.

In den beginne was het Woord.
Roepend om licht en het licht werd geboren.
Roepend om mensen, zij werden geboren.
Roepend om ons en wij mensen werden geboren.
In dat woord was leven, levenslicht.
In dat woord was leven.
Levenslicht, bronwaterlicht, ziel, leeftocht, adem voor de mensen.
En dat woord geschiedt waar mensen zijn, licht en duisternis waar mensen zijn.
En het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het licht niet overmeesterd.

Nee niet ingekort is zijn arm dat Hij ons niet zou kunnen bevrijden, niet verstopt is zijn oor dat hij ons niet zou horen.
Maar de misdaden van mensen verduisteren het licht.
Met bloed bevlekt zijn hun handen, leugentaal is op hun lippen, spinnewebben weven ze aaneen, adderen-eieren broeden ze uit –
Wij plegen geweld, zaaien verwoesting, de weg van de vrede kennen wij niet.

Wij wachten op licht, maar het blijft donker. ‘Licht van de zon’ – maar wij dolen in duisternis.

Blinden, zo tasten wij in het rond, onzekere mensen zonder ogen; wij struikelen op klaarlichte dag, in de bloei van ons leven zijn wij als doden.

En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het licht niet overmeesterd.

Leeggeplunderd hebt gij het land, met het geroofde goed van de armen vult gij uw huizen. Met welk recht vertrapt gij mijn volk?
Wee over hem die huis na huis opkoopt, die akker bij akker trekt tot er geen grond meer over is. Wee over hem die goed noemt wat kwaad is.

Stem van een roepende:
Baan in de woestijn zijn weg. Bergen en heuvels moeten geslecht, afgronden moeten worden gevuld, krochten moeten worden: bewoonbaar, klippen een vruchtbare vallei.
Enkel door recht te doen zult gij worden bevrijd.

Het volk dat in duisternis gaat, zal aanschouwen groot licht. Die wonen in schaduw van dood, over hen op gaat het licht.
Zij zullen lachen en juichen als op de dag van de oogst.
Het volk dat in duisternis gaat, zal aanschouwen groot licht. Die wonen in schaduw van dood, over hen op gaat het licht.

Het slavenjuk dat ons drukte, de stang op onze schouders, de stok waarmee wij worden geslagen breekt hij in stukken op zijn dag.
De stampende laarzen, de kleren in bloed geverfd, vallen ten prooi aan het vuur.
Want een kind is ons geboren, een zoon ons gegeven.
Op zijn schouders het rijk van de vrede en de namen waarmee hij genoemd wordt: God onbedwingbaar, Vader-voor-eeuwig, Koning van de vrede.

Kind ons geboren
Zoon ons gegeven
God onbedwingbaar
Vader-voor-eeuwig
Koning van de vrede.

Ooit smeden de volkeren der aarde hun zwaarden tot ploegijzers om, hun lansen tot sikkels om het koren te oogsten.
Geen volk trekt het zwaard meer tegen een ander, niemand oefent zich meer voor de strijd.
Zoals de zeebodem bedekt is met water, zo zal de aarde met vrede bedekt zijn.
Kind ons geboren, Zoon ons gegeven, Vader-voor-eeuwig, Koning van de vrede, God, onbedwingbaar.

[een collage van teksten uit het evangelie van Lucas en de profetieën van Jesaja]

Tekst

Zullen wij dan,
jij en ik,
met een hart van goud,
in het flikkerend licht
naar de mensen gaan.

En telkens beschroomd,
op de drempel staan,
de mirre van hoop,
de wierook van eerbied,
voorzichtig in onze handen.

Om als een kind dat nog droomt
van een wereld die goed is,
even een glimp te zien van God zelf,
die ons aankijkt,
in het gelaat van de ander.

Kerstboodschap  (Luc)

Voorbeden:  ♫ 42  Wek mijn zachtheid weer

Wek mijn zachtheid weer. Geef mij terug de ogen van een kind.
Dat ik zie wat is. En mij toevertrouw. En het licht niet haat.

Stuur ons engelen, God
die licht ontsteken aan sterren van hoop,
met bekers van troost voor een wereld vol verdriet.

Stuur ons weer engelen, God,
vuurtorens van geloof door wie het onmogelijke mogelijk wordt?
Wachters in de nacht, waakzaam uitziend naar morgen.

Stuur ons engelen God,
boodschappers van uw woord van trouw te midden van onbetrouwbaarheid.

Stuur ons weer engelen,
die wapens van geweld, geweldloos uit onze handen nemen.

Stuur ons engelen,
met sterke, tedere vleugelslag voor dolenden een veilige haven.
Engelen met lachende gezichten die zingen van vrede.

Stuur ons weer engelen, God,
liefdevogels uit uw hemel,
geest en kracht voor deze aarde.

Stuur ons weer engelen, God,
die diep in ons het kind aanraken,
met aandacht voor wie weerloos is.

Stuur ons weer engelen, God,
die wijzen naar het Kind,
Zoon van uw gerechtigheid.

Stuur ons weer engelen God,
die beroeren en ontroeren, het is de hoogste tijd.

Vredewens-Lied:   151  Door de liefde laat u wekken  (refrein)

Vrede, vrede, vred’ op aard’ aan alle mensen
voor wie God het goede wil.

Bezinning 

Kerstmis is luisteren naar de muziek van God.   (Manu Verhulst)

Suske, nog een kleine jongen, zat in zijn eerste leerjaar in de academie. Hij volgde notenleer, solfège noemde zijn vader dat.
Hij zat geboeid te luisteren naar de leraar want die sprong af en toe van zijn notenbalk af en dan begon hij te vertellen ...
Terwijl de ganse klas gespannen toekijkt, neemt hij plechtig zijn viool, strijkt een snaar aan: een geluid zo warm, zo diep. Suske vergeet bijna te ademen.
“Kijk,” zei de meester, “wat heb ik nu gedaan? Ik heb een snaar doen trillen en die trilling doet het trommelvlies in je oren meetrillen en dat gaat tot in je hersenen”
En dan speelde hij een melodie, zo wonder, zo blij, 't was precies een glimlach, maar dan één in klanken.
Suske zat gespannen te luisteren. Hij zou de woorden uit meesters mond willen trekken.
“Iemand heeft ooit dat melodietje uitgevonden als een doosje waar hij zijn gevoelens, zijn blijdschap kon in wegstoppen. Zoiets gebeurt vanuit een aandrang.
Dat is muziek: een gevoelen, een ontroering van jezelf overbrengen naar de andere mensen, zodat die daar ook iets van kunnen meemaken.”
“Ik ga ooit muziek maken” zei Suske tegen zichzelf en hij voelde iets als een grote vreugde.

Muziek is een wonder. Het is meer dan een spel van trillingen en trommelvliezen. Het is communicatie tussen mensen, communicatie van de zuiverste soort.
Als mensen zo kunnen communiceren met elkaar, op zo een verfijnde en geestelijke wijze. Zou God dan niet in staat zijn om met ons te communiceren?
Anders dan met een viool, niet in een sonate, Hij legde zijn gevoelen, zijn ontroering, zijn boodschap ja, iets van zichzelf in een mensenkind.
Het werd zijn instrument bij uitstek . Hij zou het stemmen in de bewogen geschiedenis van een volk. Hij zou het aanraken en bespelen in de schoot van een moeder.
Hij legde er zijn eigen gevoelens in, zijn liefde, ja zijn gekke voorkeur voor al wie arm en klein en zwak en zondig is.
Hij legde er zijn vergeving in, zelfs voor diegenen die hem zouden kwaad doen.
Kerstmis is luisteren naar de muziek van God, een muziek die mens werd, mens van vlees en bloed.
Die mens mag ons nu beroeren en bezielen. In de mate dat wij dàt in ons laten gebeuren, zullen ook wij met elkaar beter en dieper kunnen communiceren.

Ik weet niet of Suske ooit muziek zal maken, of hij ooit een beroemt componist zal worden.
Maar als hij het wordt, zal het te danken zijn aan die leraar, die van zijn abstracte notenbalk afkwam en met handen en voeten uitlegde wat voor hem muziek was.

Ik weet niet of jij op kerstdag de muziek van God zult horen.
Maar het zou best kunnen dat iemand je nodig heeft, dat iemand zou herleven door jouw woord van vergeving of begrip.
Het zou best kunnen dat iemand – misschien heel dichtbij – wacht op een glimlach van jou waarin weer iets van jouw eerste liefde ligt.
Als dat gebeurt, luister dan goed, want dan hoor je muziek, de muziek van God.

Christen zijn is ...
gevoelig worden voor de trilling
van het Oneindige.

Lied:  ♫ 135 Go tell it to the mountain 

Slotgebed

God,
die wij Vader mogen noemen,
wij bidden u :
maak ons zoals de herders van Bethlehem
die zoeken naar u, die u mogen vinden
en boodschappers van vrede worden.
Geef dat wij , dag aan dag, mogen groeien in liefde tot U
en in vrede met onze medemensen.
Wij vragen het u door Jezus, uw Zoon en onze Heer.
Amen.

Zegenwens

Een kind ons geboren.
Liefde en Licht in deze wereld.
Zo liefde vol, zo lichtend, bevrijdend ... als God!
Dat die geboorte opnieuw mag gebeuren in jou, in mij,
in ons hart, in onze handen,
in onze woorden en daden,
in deze Wereld.                                                                                                                                      

Daartoe zegene ons, Vader Zoon en heilige Geest.

Slotlied:  ♫ 71 Joy to the world  -  Effatakoor 2015