5 zondag door het jaar C  -  'Vanuit en met vertrouwen de Weg gaan'  (05/02/2022)

Openingslied:  ♫  115   Drempelgebed

Wij komen biddend voor U staan
en roepen U eerbiedig aan.
O God die leven zijt en licht,
op U is onze hoop gericht.

Vader die in de hemel zijt,
uw goedheid is van eeuwigheid;
wees ons op aarde zeer nabij,
in uw ontferming schuilen wij.

Heer Jezus, Gij weet hoe de haat
de liefde naar het leven staat.
Gij kent het vallen van de nacht,
uw opstanding is onze kracht.

Heilige Geest, wees zelf het lied
dat troost geeft in ons zielsverdriet.
O licht dat in uw hoge staat
de wereld ver te boven gaat.

Inleiding  (Frans)

Misschien heb je het ook al eens meegemaakt:
plots gebeurt er iets - positief of negatief - dat je volledig uit je comfortzone trekt.
Je bent geraakt, je beseft dat er iets verandert is, dat je niet leven niet meer zal zijn als daarvoor, dat je moet kiezen welke richting je nu verder uit wilt …

Zo iets overkwam ook Petrus bij de beleving van de wonderbaarlijke visvangst.
Hij had vertrouwen in Jezus en dan gebeurt er iets waardoor zijn leven door mekaar geschud wordt.

Luisteren we naar het verhaal van Lucas.

Lezing:  Lucas 5, 1-11  (NBV21)

Toen Hij eens aan de oever van het Meer van Gennesaret stond en het volk zich om Hem verdrong om naar het woord van God te luisteren, zag Hij twee boten aan de oever van het meer liggen; de vissers waren eruit gestapt, ze waren bezig de netten te spoelen.
Hij stapte in een van de boten, die van Simon was, en vroeg hem een eindje van het land weg te varen; Hij ging zitten en gaf de menigte onderricht vanuit de boot.

Toen Hij was opgehouden met spreken, zei Hij tegen Simon: ‘Vaar naar diep water en gooi jullie netten uit om vis te vangen.’
Simon antwoordde: ‘Meester, de hele nacht hebben we ons ingespannen en niets gevangen.
Maar als U het zegt, zal ik de netten uitwerpen.’ En toen ze dat gedaan hadden, zwom er zo’n enorme school vissen in de netten dat die dreigden te scheuren.
Ze gebaarden naar de mannen in de andere boot dat die hen moesten komen helpen; nadat dezen bij hen waren gekomen,
vulden ze de beide boten met zo veel vis dat ze bijna zonken.

Toen Simon Petrus dat zag, viel hij op zijn knieën voor Jezus neer en zei: ‘Ga weg van mij, Heer, want ik ben een zondig mens.’
Hij was verbijsterd, net als allen die bij hem waren, over de enorme hoeveelheid vis die ze gevangen hadden;
zo verging het ook Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeüs, die met Simon samenwerkten.
Jezus zei tegen Simon: ‘Wees niet bang, voortaan zul je mensen vangen.’
En nadat ze de boten aan land hadden gebracht, lieten ze alles achter en volgden Hem.

Deelmoment  (Frans)

In de manier waarop Lucas zijn versie van de roeping van de eerste leerlingen vertelt, horen we tegelijk wat hij belangrijk vindt:

  • Jezus heeft iets positiefs te vertellen.
    Mensen voelen zich aangesproken. Zijn boodschap doet nadenken, zet dingen in beweging en houdt een uitnodiging – roeping - in.
  • Jezus doet beroep op mensen die hij tegenkomt.
    In de lezing van vandaag vraagt hij een visser, Simon, om hem te helpen een beter spreekgestoelte te hebben zodat de vele mensen hem beter kunnen verstaan.
  • Jezus wil de mensen waarmee hij in contact komt helpen.
    In de lezing vraagt hij de vissers om terug hun netten uit te werpen, ook al is het overdag en hebben ze de ganse nacht voor niks gewerkt. Simon Petrus heeft vertrouwen in Jezus en doet het. En met succes, want de vangst is overweldigend, verbijsterend goed!
    Jezus zorgt voor verandering, voor ommekeer. Waar er eerst gemis en ontgoocheling is, komt er overvloed en vreugde.
  • Het doet deugt om te delen van wat je in overvloed ontvangt.
    Zoals Petrus de opbrengst van de visvangst deelt met de vissers van de andere boot. En niemand komt tekort.
  • Wanneer je je laat raken door Jezus, wanneer je hem vertrouwt, kom je tot inzicht, kan je dingen in perspectief plaatsen, ben je zelf niet langer het middelpunt waaromheen alles draait.

En dat kan soms confronterend zijn, zoals Simon Petrus ondervindt. Hij herkent Jezus voor wat die is, iemand die vol van Liefde is, die in verbinding staat met God.
Maar tegelijk is ook Petrus zijn zelfvertrouwen weg, beseft hij dat hij maar een "zondaar" is: een mens van vlees en bloed die het goed bedoelt, maar regelmatig de bal mis slaat. Iemand die niet volmaakt is.

  • Op momenten dat we het moeilijk hebben, het niet zien zitten, stelt Jezus ons gerust: "wees niet bang", vertrouw me maar, het komt in orde, én tegelijk nodigt hij elkeen uit: ook jij kan anderen helpen …
    Ook tegen Simon Petrus zegt Jezus "wees niet bang", onmiddellijk gevolgd door "voortaan zul je mensen vangen". Naar verluidt staat er letterlijk "mensen opvissen" … uit het bedreigende water, waarin men kan verdrinken – symbool voor het kwade.
    Het gaat ook om "mensen redden" … uit hun eenzaamheid, hun armoede, hun ellende.
    Petrus en de andere leerlingen zeggen onmiddellijk en onvoorwaardelijk “ja”. Ze vertrouwden Jezus, lieten alles achter, al hun zekerheden en gingen samen met Jezus een onbekende toekomst tegemoet.

God roept ons, onvoorwaardelijk, wie of wat we ook zijn.
Daar kunnen wij niks aan doen, dat is Gods keuze, Zijn initiatief.
En dus blijft Hij ons ook vandaag nog aanspreken, roept hij jou en mij om “vissers van mensen” te zijn,
om zijn Liefde dagdagelijks te beleven …

Geroepen worden is één ding.
Maar elkeen moet beslissen, kiezen hoe en wat te antwoorden: neen, nu nog niet, ja mits, ja maar of “ja”, onvoorwaardelijk “ja”

Waartoe roept God ieder van ons vandaag?
Durven ik mijn zekerheden achterlaten en Hem volgen, kome wat komt?
Durf ik mij toevertrouwen aan Gods Liefde, ook al versta ik Zijn wegen niet altijd, maar volop vertrouwend dat God weet welke weg goed is voor mij?

Misschien iets om in de komende week over na te denken, in gebed te brengen, en te zien of je op die roeping "ja" kan antwoorden?

Bezinningslied:  ♫ “Aber du weißt den Weg für mich” - Taizé

Gott, laß meine Gedanken sich sammeln zu dir.
Bei dir ist das Licht, du vergißt mich nicht.
Bei dir ist die Hilfe, bei dir ist die Geduld.
Ich verstehe deine Wege nicht,
aber du weißt den Weg für mich.

God, geef dat mijn gedachten gericht zijn op U.
Bij U is het licht, U vergeet mij niet.
Bij U vind ik hulp, ja bij U vind ik geduld.
Ik begrijp uw wegen niet,
maar U weet de weg voor mij.
 

Communiegebed:  219

Onze Vader

“Vaar naar het diepe”, zeg Je ons vandaag Heer … “daar zul je overvloed van leven vinden” …
Ja Heer, als we ons hart openen kunnen we daar ook Jouw en onze Vader vinden.
We bidden nu tot Hem: Onze Vader …

Vredeswens

Laat Jezus in de boot van ons leven stappen, Heer,
en ons uitnodigen om samen met Hem in zee te gaan
en naar het diepe te varen.
Als Hij ons dan vraagt de netten nog één keer uit te gooien,
geef ons dan de durf ons helemaal aan Hem toe te vertrouwen.
Neem dan alle angst van ons weg, en geef ons vrede.
Geef ook vrede aan onze wereld, Heer.
Vrede overal waar oorlog is,
vrede overal waar oorlog dreigt, zoals in Oekraïne.
Moge Uw vrede altijd met ons zijn.

Geven we ook elkaar een teken van vrede.

Vredeslied:  ♫  35   Hevenu shalom alechem

Hevenu shalom alechem, hevenu shalom alechem.
Hevenu shalom alechem, hevenu shalom, shalom, shalom alechem.

Ik wens je vrede van God, ik wens je vrede van God.
Ik wens je vrede van God, ik wens je vrede, vrede, vrede van de Heer.

Communielied:  ♫  130   Handen heb je

Refrein:  Open je oren om te horen, open je hart voor alleman.

Handen heb je om te geven van je eigen overvloed
en een hart om te vergeven wat een ander jou misdoet.

Ogen heb je om te zoeken naar wat mensen nog ontbreekt
en een hart om uit te zeggen wat een ander moed inspreekt.

Bezinning:  Bemin en doe dan wat je wilt   (Augustinus van Hippo, preken op de 1e brief van Johannes, preek 7, 8)

Bemin en doe dan wat je wilt:

 wil je zwijgen, zwijg uit liefde,

 wil je schreeuwen, schreeuw uit liefde,

 wil je corrigeren, doe het uit liefde,

 wil je vergeven, vergeef uit liefde.

Draag de bron van liefde in je hart,

want uit liefde kan alleen het goede voortkomen.

Slotgebed

God,
Telkens weer roept Gij ons op
om de veilige oever te verlaten en van wal te steken,
om in de volle zee van het leven
mensen die dreigen te verdrinken,
op te vangen.
Zo mogen wij meebouwen aan Uw Rijk van leven-in-overvloed voor elke mens.
Wij bidden U: sta ons daartoe bij met Uw genade en kracht.
Amen.