3 zondag van de advent B - 'Laat van je horen'  (16/12/2023)

Opening

Vanaf vandaag brandt ook de derde kaars.
Er komst steeds meer licht.
Het verwarmt onze harten en maakt ons blij.
We mogen ons verheugen: de Heer is nabij.

Verheug u! Gods redding is nabij. In alle verwarring, in het doolhof van het leven, in deze duistere tijden krijgen we extra licht:
een licht dat ons moed wil geven en ons oproept: wees moedig en heb geduld!

Aansteken van de derde adventskaars:  ♫  95  In onze donk're nacht

In onze donk’re nacht
Ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft,
Vuur dat nooit meer dooft.

Openingslied:  ♫  Omdat Hij niet ver wou zijn  (Zingt Jubilate - 105)

Omdat Hij niet ver wou zijn is de Heer gekomen
Midden in wat mensen zijn heeft Hij willen wonen
Midden onder u staat Hij die gij niet kent (2x)

God van God en licht van licht, aller dingen hoeder,
heeft een menselijk gezicht, aller mensen broeder.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent (2x)

Wilt daarom elkander doen alle goeds geduldig.
Weest elkaar om zijnentwil niets dan liefde schuldig.
Midden onder u staat Hij die gij niet kent (2x)

Inleiding  (Jackie)

Vorige week kregen we een portret van Johannes de Doper zoals het werd neergeschreven helemaal in het begin van het oudste evangelie, dat van Marcus. Zoals Luc ons aangaf werd dit aangekondigd als het begin van de Blijde Boodschap, het euangelion, een blijde boodschap die ons Jezus Christus leert kennen en ontdekken als de Zoon van God.

Vandaag zullen we de visie horen van de vierde evangelist. Hij presenteert Johannes de Doper als iemand die, in alle nederigheid, komt getuigen, getuigen van het Licht, getuigen van Gods aanwezigheid, getuigen dat, door de persoon van Jezus, God ons, in zijn verlangen om mens te worden, heel nabij wilt komen.

Oké, dit is een mysterie die wij vermoedelijk nooit helemaal zullen doorgronden, een mysterie dat we met enige schroom zullen blijven benaderen.

Maar de blijde boodschap is dat Jezus allen die het willen horen, ons dus, blijft aansporen dat mysterie waar te maken in de zorg voor de medemensen, in het bijzonder voor de meest kwetsbaren en voor wie het dichtst naast ons leven.

Laat ons luisteren naar het evangelie van Johannes en de getuigenis van Johannes de Doper

Lezing:  Johannes 1, 6-8. 19-28  (NBV21)

Er kwam iemand die door God was gezonden; hij heette Johannes. Hij kwam als getuige, om van het licht te getuigen, opdat iedereen door hem zou geloven. Hij was niet zelf het licht, maar hij was er om te getuigen van het licht.

Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’ Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’ Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’ Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’ ‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij. ‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’ Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’ De afgevaardigden die uit de kring van de farizeeën kwamen, vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’ ‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, Hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’ Dit gebeurde in Betanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.

Homilie  (Jackie)

Ik moet eerlijk toegeven dat ik het lastig vond, een week na Marcus, hetzelfde verhaal bij Johannes te moeten lezen en dit opnieuw te vertalen naar onze tijd, naar onze Effata geloofsgemeenschap. Dit, nadat vorige week Luc een heel mooie duiding had gegeven over de persoon van Johannes de Doper en zijn blijde boodschap.
Ik weet wel, Johannes, de evangelist, als je hem vergelijkt met de synoptische evangelisten (Marcus, Matteüs en Lucas) schrijft, weliswaar vergelijkbare situaties, in een wat andere taal en vanuit een ander oogpunt.
Maar toch, ik probeerde de ganse week toch meer te weten te komen over Johannes de Doper. Ik las, de methodiek van ons leerhuis indachtig, de tekst van het evangelie dagelijks door in meerdere vertalingen, en zocht naar wat het voor mij, voor ons als Effata gemeenschap kon betekenen op de dag van vandaag. Ik was indachtig wat de jonge theoloog en ethicus Simon Godecharle in Tertio schreef: ‘ik wil niet naar de kerk gaan om verhalen over eekhoorns te horen met goed bedoelde, maar vage boodschappen als ‘we moeten elkaar graag zien’, het ‘moet fijn blijven’. En toch liep ik telkens vast. Het lukte niet!

Tot ik uiteindelijk opmerkte dat de liturgische kalender ons opdraagt om vandaag het begin van het Johannes evangelie te lezen van vers 6 tot 8 en van 19 tot 28. Eigenaardig dacht ik! Wat zou er in de verzen 1 tot 5 staan en wat in de verzen 9 tot 18?
Ik las in vers 4 en 14: Het Woord is leven en het Woord is mens geworden en heeft in ons midden gewoond, vol goedheid en waarheid.
Ik las in vers 17: de wet is door Mozes gegeven, goedheid en waarheid zijn met Jezus Christus gekomen.
Dit gaf mij zo plots een totaal ander inzicht in de evangelietekst van vandaag: de onderzoekscommissie die door de joden uitgestuurd werd naar Johannes de Doper bestond uit priesters en levieten. Zij hadden het sterk vermoeden dat Johannes illegaal bezig was.
Ze wilden echt weten hoe het juist zat. Ze waren, laat ons positief zijn, op zoek naar de waarheid.
Zij kregen daarom 2 vragen mee: Wie zijt Gij? en Wat doet Gij hier?

En, in alle nederigheid, op zijn sandalen en pover gekleed zegt Johannes de Doper dat hij komt getuigen van het Woord. Hij wil, zonder op te scheppen, aan de onderzoekscommissie getuigen van de waarheid door te zeggen: ik ben de Messias niet. Midden onder u staat Hij die gij niet kent. Ik ben zelfs niet waardig zijn sandalen dicht te knopen.
Ik had dus door dat omgaan met de waarheid nederig maakt. Het maakt je kwetsbaar want je bent zelf de waarheid niet.
Als ik in onze tijd, vandaag, rond kijk dan begrijp ik dat de zoektocht naar de waarheid niet eenvoudig is. Het valt mij op dat leugens, fake news, complottheorieën zo breed verspreid zijn, dit veelal door de luidste roepers.

Eerlijk, hoeveel van de beweringen van Donald Trump bevatten de waarheid? Hij roept nochtans zeer luid.
Welke ongenuanceerde waarheid haalt Benjamin Netanyahu uit de bijbel om met veel omhaal zijn soldaten te overtuigen niet enkel Hamas te bestrijden maar meteen alle Palestijnse mannen en vrouwen, kinderen en baby’s, koeien, schapen en ezels te doden? Dit als vergelding voor de brutale terroristische aanslag gepleegd door Hamas die hij vergelijkt met Amalek.
Welke orthodoxe waarheid rechtigt Poetin een genadeloze oorlog te voeren tegen zijn buurland Oekraïne en via duizenden valse accounts op TikTok de voorbije maanden foute informatie te verspreiden over die oorlog en over de Oekraïense regering? (zoals we vandaag nog in het nieuws hoorden).
Wie waren de luidste roepers tijdens de corona crisis? Zij die alle soorten complottheorieën bedachten om de vaccinatie campagnes te boycotten.
Waarom roepen 4 hevige Duitse bisschoppen zo luid tegen alle oprechte pogingen om in Duitsland een synodale weg op te gaan met bisschoppen, geestelijken en leken over de toekomst van de Duitse kerk? 
Wat mij hierbij dus opvalt is dat ‘Macht’ en ‘Waarheid’ moeilijk verenigbaar zijn.

Johannes de Doper leert ons vandaag dat omgaan met Waarheid nederig maakt en niet vertrekt vanuit een machtspositie. Want je bent de waarheid niet zelf, je kunt er alleen maar van getuigen. En dat willen wij dan ook doen, met veel respect voor al wie zoekende is, willen wij proberen naar de waarheid te verwijzen, te getuigen.
We kunnen stem geven aan de ‘stemlozen’. We kunnen onrecht aanklagen. Samen met hen op weg, synodaal.

In deze tijd worden we op weg geholpen door het werk van Welzijnszorg.
Kunnen we ons nog eens oprecht boos maken over de toenemende ongelijkheid, de schrijnende armoede, de oneerlijke oorlog, het misbruik van macht. (zie artikel vandaag in de Standaard: Julia Cagé – Thomas Picketty).
Ja, ook wij zijn een stem die roept in de woestijn. Daarmee willen wij duidelijk benadrukken dat er ook al veel goede dingen gebeuren.
En daar zijn wij blij om, we brengen vreugde en positiviteit, vreugde die ons voortstuwt om door te doen en niet op te geven, in de wetenschap dat gerechtigheid en vrede, liefde en leven uiteindelijk zullen winnen.
‘En het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het licht niet overmeesterd.’ Dat staat ook in Johannes vers 5.
Onze vreugde drukken we vandaag uit in het lied ‘Gaudete’ in een moderne versie, terwijl we de tafel dekken en de bijdrage voor welzijnszorg ophalen.

Tafelgebed

Laten we aan tafel gaan. Laten we samen brood breken.
Met breken en delen vieren we gemeenschap en belijden we gelijkheid, solidariteit en mededogen. Jezus’ leven was geven, delen en breken.
Hij nam het brood en gaf ons een tijdloos symbool … van eeuwige verbinding door liefde over de dood heen … met brood,
om elkaar in alle opzichten te blijven voeden, elkaar te behoeden en te doen leven.

Daarom herhalen wij vanavond dit oud gebaar van breken en van delen.

Tafelgebed:  ♫  110  Die naar menselijke gewoonte

Onze Vader

Omdat wij als mensen niet altijd de woorden vinden, om tot God te bidden,
heeft Jezus zelf aan ons een gebed geleerd: het Onze Vader.

Laten wij dan samen het Onze Vader bidden ...

Vredeswens

God,
Laat jouw aangezicht zien,
in mensen die barrières slopen,
en openingen maken waar wegen afgesloten zijn.

Laat jouw stem horen
in mensen die geloofwaardig spreken en handelen.

Laat jouw licht schijnen
in mensen die krachtig zijn in hun tedere nabijheid,
in mensen die mild en warm zijn in hun oordeel.

Dan zal menswaardigheid opbloeien
en zal er vrede heersen. Amen.

Moge die vrede van de Heer met ons zijn.
En geven wij die boodschap van vrede en solidariteit door aan elkaar …

Broodbreking

God, aan deze tafel gedenken wij
dat Jezus als teken van zijn eigen leven
brood nam, brak en het uitdeelde.

Zo was Hij zelf ten voeten uit:
een mens die niet leefde voor zichzelf,
en niet vergeefs, onvruchtbaar, is gestorven.

Het brood staat voor ons klaar.
Als wij eten van dit brood, het breken, en delen met elkander …

♫ 17   Dan zal er vreugde zijn op aarde …

In kleine en grote tekens wordt Gods komst op aarde zichtbaar onder ons.
In het teken van het brood wil Hij - hier en nu - in ons midden zijn.
Kom dan naar deze tafel en verbind je met Hem,
verbind je met Zijn plan van de rechtvaardige vrede
die ons vreugde en geluk wil schenken.

Kom dan en deel dit brood met elkaar ...

Bezinning: (gedicht van Dirk De Vogelaere)

KERS(T)VERS

De boom werd weer van stal gehaald.
Het stalletje bij velen ook.
’t Bekend verhaal wordt weer vertaald.
Een oude droom werd opgepookt.

Terwijl de winter tuinen plaagt
met koude regen, duisternis,
een Kindeke om aandacht vraagt
dat binnenkort geboren is.

Wij denken aan het grote Licht
dat eens aan mensen werd beloofd,
van Liefde ooit als zwaargewicht,
voor wie er nog steeds in gelooft.

Natuurlijk werd al vaak verloren
en droef is soms het vergezicht
wanneer wij oorlog zien en horen,
waarvoor de Vrede is gezwicht.

Ook moesten wij soms achterblijven,
ontging bij lijden ons de zin.
Geen mens kan tot nu toe beschrijven
hoe winter voelt hier binnenin.

Maar dan klinkt alles als herboren.
In wanhoop wint men nimmermeer.
Want hopen is als lentekoren.
Dus zing en doe het telkens weer.

Sticht Vrede ook in ’t eigen hart,
want alleen daar kan het beginnen,
die kleine kiem, een nieuwe start.
Pas dan kan Liefde overwinnen.

(DDV)

Voorbeden

“Midden onder ons staat Hij die wij niet kennen”.
Kijk goed rond,
zoek Hem niet te ver,
want Hij leeft in elke mens die hunkert naar zijn komst.

Opdat wij de Heer echt zouden vinden,
bidden, danken en zingen we …

Slotgebed  (naar Erwin Roosen)

God,

net zoals Johannes worden wij door Jou gezonden
om te getuigen van jouw licht van liefde en tederheid, vooral bij armen en bij kleinen.
Het is geen gemakkelijke opgave die Je ons toevertrouwt en heel wat mensen zullen lachen of het niet ernstig nemen.
Toch proberen we vol te houden
en het vuur in ons binnenste niet te laten doven,
door niets of niemand.
Help ons aanstekelijk te werken
door dienstbaarheid en vreugde,
door tederheid en warmte uit te stralen
en van mensen te houden, wie ze ook zijn
en wat ze ook doen.
Amen.